Het idee: aan de hand van een foto gemaakt in, of gerelateerd aan, Het Hoofdkantoor, schrijft onze columnist Alessa van de Goor een column. Het resultaat is altijd verrassend.

Vandaag een tote bag van Hay.

 

Kippenweekend

Kippenweekend

Ik studeer toegepaste filosofie en dat begon met het vak filosofische vaardigheden. Het Socratisch gesprek was de eerste vaardigheid waar een meesterproef voor moest worden afgelegd. Het Socratisch gesprek is een onderzoeksgesprek waar een aantal regels aan hangt; zo is het niet de bedoeling dat je iemand anders overtuigt, moet je goed luisteren, onderzoek je met z’n allen een filosofische vraag (het antwoord op een filosofisch vraag is niet te googlen), mag je geen gebruik maken van instanties buiten jezelf, dus er wordt onderzocht vanuit eigen ervaring en je mag geen veronderstellingen doen, dus ‘stel dat’ is uit den boze. De bedoeling van het Socratisch gesprek is dat er een consensus wordt bereikt en zo niet dat er een vruchtbare dissensus is bereikt, dat betekent eigenlijk dat je het eens bent over dat je het niet met elkaar eens kunt worden.

Samen met zes anderen onderging ik de meesterproef met de vraag: ‘Wat is vriendschap’.

Het werd een bijzonder gesprek.

Waar ik normaliter geen moment voorbij laat gaan om anderen te overtuigen van mijn gelijk, punt of mening, ging ik volledig op in de onderzoekende sfeer binnen de groep. Bijzondere uitkomst: vriendschap is een werkwoord, binnen een vriendschap heb je lusten en lasten, plichten ook. En alle mensen die zijn opgegroeid met social media vinden dat diezelfde social media geen maatstaf kan zijn voor een vriendschap. Vrienden ontmoet je en daar moet je je best voor doen, Facebookvrienden zijn dus geen vrienden (tenzij je ze ook lijfelijk ziet) en een vriendschap onderhouden via WhatsApp is geen vriendschap. Ik keek opzij naar mijn buurvrouw, even oud als ik, en trok vragend een wenkbrauw omhoog. Zij was net zo verbaasd als ik.

Dus vrienden en vriendinnen opgelet! Als wij appen over hoe het gaat dan hebben wij geen vriendschap, volgens de generatiegenoten van onze kinderen.

Maar is dat zo? Kan vriendschap voor iedereen anders zijn? Kunnen vriendschappen inhoudelijk ook anders zijn? Wanneer noem je iemand een vriend?

Vorig weekend was ik met zeven dames in Zeeland, op een minicamping, in een chalet. In zo’n weekend wordt er wat af gekakeld, leeg gedronken en weg gegeten. Niet per se in die volgorde. Het zijn in beginsel allemaal vriendinnen van mijn zus en ondanks dat ik compleet opgenomen ben in de groep, me thuis voel in de samenstelling, blijven het de vriendinnen van mijn zus.

Maar is dat interessant? Of erg? Of belangrijk?

Van wie de vriendinnen zijn is alleen van belang als er zo specifiek naar gevraagd wordt, als je de precieze onderlinge verhoudingen moet verwoorden, want op mijn werk vertelde ik gewoon dat ik met zes vriendinnen op kippenweekend ging.

Kippenweekend?

Ja. Kippenweekend. We zijn stuk voor stuk persoonlijkheden die allemaal graag vertellen, ontzettend hard lachen en enorm veel zelfspot hebben. Oh en er wordt altijd gehuild. Alles mag, niets is te gek, we komen overal maar één keer. Zeven in een iets te klein chalet en je hebt een kippenhok.

De foto doet me denken aan de Rolling Stones maar ik weet niets van muziek.

Al mijn vriendinnen weten dat, dat ik niets weet van muziek en niemand vindt dat erg.

Dat noem ik vriendschap.


Alessa van de Goor | moeder | planner | @kliktjik | www.honderdstieren.nl | blogger | iedere eerste dinsdag van de maand